Omschrijving zorgprofielen


Dit is een richtlijn voor indeling van hulpvragen in tien profielen. Uiteraard is dit slechts een handvat op hoofdlijnen en zijn er talloze uitzonderingen te bedenken.

Profiel 1: Behoefte aan het bevorderen van de ontwikkeling van de jeugdige bij psychosociale problemen en het verbeteren van de communicatie in het gezin bij problematische relaties tussen ouders.

Het gaat hierbij om jeugdigen met psychosociale problemen en problematische relaties tussen ouders.

  • Er zijn problemen bij de invulling van het ouderschap en problemen bij de jeugdigen, die met elkaar samenhangen en elkaar beïnvloeden.
  • De ouders van deze jeugdigen hebben veel problemen In hun relatie. Vaak is er sprake van een vechtscheiding. Over de opvoeding zijn ze het vaak niet eens en/of ze beschikken over ontoereikende opvoedvaardigheden.
  • De jeugdigen kampen met psychosociale problemen. Ze vertonen vaak gedragsproblemen, maar ook emotionele problemen, loyaliteitsproblemen en problemen op school.
  • Bij lichte problematiek als gevolg van een complexe scheiding behoren gesprekken met ouders en jeugd tot het takenpakket van de Jeugdprofessional. Daarnaast is het primair aan gescheiden ouders om, voor eigen rekening, een goede oplossing te regelen voor hun jeugdigen wanneer zij uit elkaar gaan.
  • Wij verwachten van aanbieders een systeemgerichte aanpak, waarin jeugdigen, ouders en het sociaal netwerk (ook onderwijs) actief worden betrokken bij het oplossen van de zorgvraag.
  • Wanneer er meerdere jeugdigen zijn in een gezin wordt het arrangement afgegeven voor één van de jeugdigen en wordt het hele gezin binnen het arrangement behandeld.

Profiel 2: Behoefte aan het vergroten van specifieke opvoedingsvaardigheden van ouders met jeugdigen met ontwikkelings- en gedragsproblemen

Het betreft jeugdigen met ontwikkelings- en gedragsproblemen, waarbij de ouders onvoldoende beschikken over de opvoedvaardigheden die nodig zijn.

  • Er is geen sprake van zware gezinsproblematiek of problemen in de relatie tussen de ouders.
  • Onenigheid tussen de ouders over de opvoedingsaanpak en de probleemaanpak van de jeugdige komt vaak voor.
  • De problemen van de jeugdige zijn goed beïnvloedbaar door het pedagogische handelen van hun ouders. Het versterken van de opvoedingsvaardigheden van de ouders is effectief en versterkt de eigen kracht van de ouders.

Profiel 3: Behoefte aan het vergroten van specifieke opvoedingsvaardigheden van ouders met een ziekte of beperking en het bevorderen van de ontwikkeling van de jeugdige

Het betreft jeugdigen, die één of twee ouders met een ziekte, lichamelijke of verstandelijke beperking hebben.

  • Ouders hebben door hun ziekte en/of beperking vaak problemen met het bieden van voldoende ondersteuning, bescherming en verzorging van hun kind(eren). Het gaat hier niet om psychiatrische problemen. Ook hebben de ouders vaak ontoereikende opvoedvaardigheden en hebben handvatten voor de opvoeding nodig.

Er is meestal sprake van gedragsproblemen bij de jeugdigen, maar er kan ook sprake zijn van ontwikkelingsproblemen en andere kind eigen factoren. Belangrijke aandachtspunten bij de geboden zorg  zijn: netwerkversterking, veiligheid, stimuleren van de ontwikkeling en het welbevinden van de jeugdige.

Profiel 4: Behoefte aan het vergroten van specifiek opvoedingsvaardigheden voor ouders met eigen problemen plus hulp voor de jeugdigen bij zijn/haar ontwikkeling

Jeugdigen met ontwikkelings-, gedrags- en/of psychiatrische problemen met ouders met psychische of psychiatrische problemen.

In dit profiel is er sprake van jeugdigen die één of twee ouders hebben met psychische of psychiatrische problemen, waarbij er vaak sprake is van een problematische thuissituatie. Denk hierbij aan het niet kunnen ondersteunen, beschermen of verzorgen van de jeugdige, het gebruik van verdovende middelen of verslaving. Ook is er veelal sprake van een problematische relatie tussen de ouders. Belangrijke aandachtspunten in de geboden zorg zijn het versterken van de eigen kracht van de ouders en het sociale netwerk, de veiligheid en de ontwikkeling en het welbevinden van de jeugdige. Bij de jeugdigen is er sprake van ontwikkelings- en gedrags- en emotionele problemen, die kind eigen en/of door de context zijn bepaald. Deze  problemen behoeven ook zorg, zodat de jeugdige zich zo optimaal mogelijk kan ontwikkelen, onverlet mogelijke beperkingen.

NB: Voor de behandeling van de ouder(s) kan beroep worden gedaan op de GGZ, vergoed uit de zorgverzekeringswet.

Profiel 5: Behoefte aan verminderen ontwikkelings- en gedragsproblemen en bevorderen van de ontwikkeling van jeugdige door zorg en behandeling.

Jeugdigen waarbij sprake is van ontwikkelings- en gedragsproblemen (psychiatrisch en/of somatisch) door kind-eigen factoren:

  • Er is sprake van kind-eigen problematiek (psychiatrische stoornis, verstandelijke beperking, somatische stoornis, ontwikkelingsstoornis).
  • De problematiek is van invloed op hun ontwikkeling en kan gepaard gaan met disfunctioneren op meerdere levens- en ontwikkelingsgebieden.
  • Deze jeugdigen hebben negatieve impact op de balans van de draaglast-draagkracht van hun ouders en de rest van het gezin. Dit vraagt om  specifieke opvoedvaardigheden van de ouders. Belangrijke aandachtspunten in de zorg zijn het doorbreken van de ontwikkelingsstagnatie, het reduceren van klachten die te maken hebben met kind-eigen problematiek, het versterken van de opvoedvaardigheden en ouderschap van de ouders (eigen kracht), het verhogen van de kwaliteit van leven van de jeugdige onverlet de aanwezige beperkingen.

NB: In het geval van Ernstige Dyslexie kunnen Perspectief en Intensief achtereenvolgens worden ingezet om diagnose (Perspectief) en behandeling (Intensief) te vergoeden. Zonder akkoord van het samenwerkingsverband voor Passend Onderwijs wordt ED niet vergoed door de gemeente. Er is geen arrangement of tussenkomst van de Jeugdprofessional nodig voor ED.

Profiel 6: Behoefte aan leren van vaardigheden voor het bevorderen van de ontwikkeling van jeugdigen die opgroeien in gezinnen met problematiek op meerdere leefgebieden.

  • Er is sprake van gezinnen waarbij één of beide ouder(s) zelf problemen hebben. Daarnaast is er ook sprake van ontoereikende opvoedvaardigheden, financiële problemen, huisvestingsproblemen en/of relationele problemen.
  • De ouders zijn niet altijd in staat om hun jeugdigen voldoende zorg, bescherming en ondersteuning te bieden.
  • Ouders zijn niet altijd in staat om een veilige opvoedsituatie te bieden.
  • Bij de jeugdigen is er sprake van ontwikkelings- en gedragsproblemen. Denk hierbij aan angst- en stemmingsproblemen, hechtingsproblemen, traumatische ervaringen en cognitieve beperkingen.
  • Bij deze gezinnen zijn vaak meerdere zorgverleners uit verschillende domeinen betrokken, waardoor zorgcoördinatie bij geboden zorg belangrijk is.

NB: Bij deze gezinnen is een multidisciplinaire aanpak vanuit de gemeentelijke toegang cruciaal. In veel van deze gezinnen zijn er problemen op het gebied van werk en inkomen en openbare orde een rol. De gemeente heeft middelen die kunnen worden ingezet, zoals het armoedebeleid, toeleiding naar werk vanuit de sociale dienst, schuldhulpverlening en een tijdelijk huisverbod voor de ouders. Aanbieders zijn verplicht om al deze problemen te bespreken met het gezin en Jeugdprofessional, ook wanneer een andere doorverwijzer dan de gemeentelijke toegang verantwoordelijk was voor de doorverwijzing.

Profiel 7: Behoefte aan begeleiding voor jeugdigen met een beperking

Het gaat hierbij om jeugdigen met een lichte verstandelijke beperking (LVB) of zwaardere verstandelijke beperking (VG).

  • Deze jeugdigen hebben extra zorg, ondersteuning en bescherming nodig. Deze jeugdigen vragen van de ouders naast de basale opvoedvaardigheden ook specifieke opvoedvaardigheden in de dagelijkse opvoedingspraktijk. Dit kan hoge eisen stellen aan het ouderschap en de ouderrelatie.

Aandachtspunt is ook de draagkracht-draaglastverhouding van de ouders en de impact van de jeugdige met een beperking op de andere jeugdigen in het gezin. Ontlasting van de ouders en/of het gezin kan door bijvoorbeeld inzet van respijtzorg. De voorkeur gaat uit naar het versterken van de eigen kracht van ouders door hen handvaten en ondersteuning te bieden om de last draaglijk te maken en sociaal netwerk te activeren.

NB: Deze jeugdigen zullen vaak zodra zij 18 jaar worden doorstromen naar de Wet langdurige Zorg of Wet maatschappelijke ondersteuning.

Profiel 8: Behoefte aan begeleiding en behandeling in samenhang met een beperking

Het gaat hier om jeugdigen met een licht verstandelijke beperking (LVB) of zwaardere verstandelijke beperking (VG).

  • Zij hebben extra zorg, ondersteuning en bescherming nodig.
  • Daarnaast is er sprake van ontwikkelings- en gedragsproblemen in brede zin. Er is sprake van problemen op meerdere ontwikkelingsgebieden en levensdomeinen.
  • De verstandelijke beperking kan voorkomen in combinatie met psychische en psychiatrische problematiek en/of stoornissen, waarbij het één het ander kan beïnvloeden en versterken. Extra zorg, ondersteuning en specialistische behandeling en begeleiding is nodig
  • De aanbieder en de Jeugdprofessional moeten de gedragsproblemen van deze jeugdigen behandelen en werken aan het beter kunnen omgaan met het gedrag door ouders. Doel is om de jeugdige in opvolgende jaren uit zorg te krijgen of in profiel 7 te plaatsen.

NB(1): Deze jeugdigen zullen vaak zodra zij 18 jaar worden doorstromen naar de Wet langdurige Zorg of Wet maatschappelijke ondersteuning.

NB(2): Deze jeugdigen zijn door hun beïnvloedbaarheid en grensoverschrijdend gedrag een risicogroep die geregeld instroomt in zwaardere jeugdhulp / Jeugdzorg Plus. Aanbieders zetten zich in doorstroom naar zwaardere vormen van zorg te voorkomen door een systemische aanpak waarbij het sociaal netwerk wordt betrokken.

Profiel 9: Behoefte aan begeleiding en behandeling vanwege een lichamelijke beperking

Jeugdigen met een lichamelijke beperking (gehoor/zicht of somatisch) en/of niet aangeboren hersenletsel

  • Deze aandoeningen zijn van invloed op de ontwikkeling van de jeugdigen  en in meer of mindere mate op andere ontwikkelingsgebieden en leefdomeinen.
  • Hierdoor vragen deze jeugdigen om extra zorg, ondersteuning en, zo nodig, specialistische behandeling, begeleiding en/of verpleging.
  • Het vraagt van ouders specifieke opvoedvaardigheden naast de basis opvoedvaardigheden. Deze jeugdigen vragen van de ouders naast de basale opvoedvaardigheden ook specifieke opvoedvaardigheden in de dagelijkse opvoedingspraktijk. Dit kan hoge eisen stellen aan het ouderschap en de ouderrelatie.
  • Aandachtspunt is ook de draagkracht-draaglastverhouding van de ouders en de impact van de jeugdige met een beperking op de andere jeugdigen in het gezin die door intensieve hulp moet verbeteren.
  • Ontlasting van de ouder(s)/het gezin kan eventueel aangewezen zijn, bijvoorbeeld door middel van respijtzorg, maar oplossen en verminderen van onderliggende problematiek die de verstoorde draagkracht / draaglast veroorzaakt is expliciet onderdeel van het hulpverleningstraject.
  • Ingestoken wordt op een integrale, sociaal domein brede, aanpak.

Profiel 10: Behoefte aan het behandelen van complexe problematiek bij 0-6 jarige binnen het gezin.

Jonge jeugdigen met

  1. Daarbij zijn de mogelijkheden van het kind nog niet duidelijk en/of moeten zij worden voorbereid op het onderwijs.
  2. een verstandelijke beperking in combinatie met gedragsproblematiek.
  3. diverse gedrags- en ontwikkelingsproblemen.
  4. een ernstige meervoudige beperking.

zodanig dat zij bij instroom in zorg niet (direct) kunnen instromen naar reguliere kinderopvang, vroeg- en voorschoolse educatie, peuterspeelzaal en basisschool.

  • Het gaat hier om zeer jonge jeugdigen voor wie ook zeer moeilijk behandeldoelen te stellen zijn. Het verloop en de uitstroom van dit traject is daardoor nog ongewis.
  • Streven van de Jeugdhulpaanbieder is om het kind geplaatst te krijgen in passend onderwijs, ofwel een warme overdracht naar de Wet langdurige zorg. Kennis over de specifieke zorgvraag van de jeugdige, die onder meer voortkomt uit observatie en analyse tijdens het hulptraject, is onderdeel van deze afweging.
  • Aanbieders die zijn betrokken bij jonge jeugdigen met een ernstige meervoudige beperking bieden dagbesteding gecombineerd met verzorging en verpleging aan. Bij voorkeur gebeurt dit in een ruimte op een reguliere basisschool door kinderverpleegkundigen en pedagogische hulpverleners om de maatschappelijke participatie van deze jeugdigen te bevorderen.

Pagina functies

Mail de redactie

Laatste update: 08-12-2023

Meer weten over de arrangementensystematiek?